Bacteriën
Bacteriën zijn heel kleine levende deeltjes die bijna overal voorkomen. Ze leven ook in rioolwater. Daar eten ze het overgebleven vuil in het water op. Bacteriën groeien het best als er lucht in het water zit. Daarom blaast men lucht in de tank. De bacteriën groeien en zakken naar de bodem. Ze vormen daar een laag slib (modder). Van die slib wordt later compost gemaakt. Na het werk van de bacteriën is het rioolwater weer schoon. Als je het in een glas bekijkt lijkt het wel kraanwater. Het is nog niet schoon genoeg om te drinken. Maar wel schoon genoeg om het in de sloot te laten lopen. Door rivieren en kanalen stroomt het water verder naar de zee.